United Nations presenteert: resultaten e-government bevraging 2016
In het kader van de implementatie van de agenda voor duurzame ontwikkeling (2030) werd de e-government bevraging gelanceerd door de Verenigde Naties. Het gaat ondertussen al over de negende editie van deze bevraging. In deze editie ligt de focus op een analyse van het gebruik en de vooruitgang van e-government in de publieke sector.
In het rapport wijzen de auteurs op een positieve trend op vlak van e-government door de vaststelling dat e-government naar een hoger niveau wordt getild. Ze wijzen erop dat ICT steeds vaker ingezet wordt om diensten aan te bieden en als hulpmiddel tijdens besluitvormingsprocessen. Een van de meest opvallende nieuwe trends is het handelen vanuit het perspectief van de klant vanuit de verwachtingen die burgers hebben ten aanzien van overheidsdiensten.
De bevraging meet de effectiviteit van het gebruik van e-government in vijf sectoren: (1) onderwijs, (2) gezondheid, (3) arbeid en tewerkstelling, (4) financiën en (5) sociale welvaart. Deze bevraging is het enige globale rapport dat de status op vlak van e-government weergeeft van alle leden van de Verenigde Naties.
E-government in relatie tot beleidsintegratie
Op vlak van integratie zijn er nog een aantal lessen die getrokken kunnen worden en waar de deelnemende landen van elkaar kunnen leren. De integratie moet niet alleen bekeken worden vanuit verschillende sectoren (bv. economie, sociale thema’s en milieu), maar moet ook vanuit diverse sectoren en subsectoren benaderd worden.
Er zijn op dit moment al voorbeelden beschikbaar van diensten die geïntegreerd werken en dienstverlening aanbieden vanuit een geïntegreerd perspectief. Deze evolutie kadert in de trend om steeds meer vanuit het perspectief van de klant of de burger te denken en handelen.
Om geïntegreerde dienstverlening te kunnen aanbieden is een integratie vanuit beleidsmatig perspectief vereist. Voor heel wat landen is net die beleidsmatige integratie de grootste uitdaging. De opmaak van beleidsplannen vanuit dit geïntegreerd denken is bijvoorbeeld niet evident voor heel wat landen.
De auteurs merken op dat e-government een drijfveer kan zijn voor geïntegreerde dienstverlening in de publieke sector. In het rapport wordt e-government is hulpmiddel beschreven om de werking in silo’s meer te integreren door bijvoorbeeld het gebruik van geautomatiseerde systemen. Daarnaast wordt er in het rapport ook gewaarschuwd voor de omgekeerde beweging. E-government kan een geïntegreerde werking van besturen ook in de weg staan. Een goeie uitwerking van e-government vergt net een geïntegreerde aanpak.
Ten slotte wordt er gewezen op het belang van de toegang tot data en statistieken. Het verzamelen van data met het oog op monitoring is een grote meerwaarde voor de publieke dienstverlening.
Transparantie op basis van open data
Open data is volgens de auteurs van dit rapport een nieuwe benadering dat in de publieke sector kan bijdragen tot een verbeterde kwaliteit van besluitvormingsprocessen. Het beschikbaar stellen van publieke data als open data brengt een aantal voordelen met zich mee. Op basis van die data is het mogelijk om transparanter te werken en verantwoording af te leggen, maar het kan ook burgerparticipatie promoten en innovatie stimuleren. Op basis van de bevraging worden in het rapport een aantal lessen getrokken.
Publieke instellingen moeten zich bewust zijn van de voorwaarden voor de toegang tot publieke data en het gebruik ervan. Alleen als ze aan die voorwaarden voldoen kan open data bijdragen tot een transparante organisatie.
E-government kan in de context van open data als ondersteunend instrument dienen. De ontwikkeling van standaarden zorgt ervoor dat informatie in dezelfde formaten beschikbaar is voor de verschillende (groepen van) gebruikers.
De combinatie van nieuwe en bestaande technologieën op vlak van open data kan bijdragen tot een meer transparante publieke sector. We denken bijvoorbeeld aan ‘big data’, ‘internet of things’, geografische informatiesystemen,…
Hoewel open data een hoop voordelen kunnen bieden, zijn er ook wat uitdagingen. Er is nood aan politiek engagement om data als open data te gebruiken binnen de organisatie. Organisaties moeten zich voldoende bewust zijn van de randvoorwaarden die verbonden zijn aan het openstellen van data. De organisaties moeten voldoende oog hebben voor de diverse aspecten in het kader van informatieveiligheid.
Innovatieve strategieën kunnen ertoe bijdragen dat data een toegevoegde waarde kunnen vormen binnen en buiten de organisatie. De datakwaliteit moet in die context ook voldoende gegarandeerd kunnen worden. Ten slotte moeten publieke organisaties er rekening mee houden dat data beschikbaar zijn voor alle groepen van de bevolking, ook voor diegenen voor wie toegang tot internet niet evident is.
E-participatie: engagement van de burger
In het rapport wordt e-participatie als volgt gedefinieerd: the process of engaging citizens through ICTs in policy, decision-making, and service design and delivery in order to make it participatory, inclusive, and deliberative (UNDESA, 2013).
De traditionele benadering van burgerparticipatie is de laatste twee decennia erg veranderd. Op basis van de resultaten van de bevraging blijkt dat e-participatie steeds meer aan belang toeneemt. De meeste landen die aan de bevraging deelnamen, hebben vooruitgang geboekt op vlak van e-participatie.
De tools die gebruikt worden voor e-participatie zijn geen eenvoudige instrumenten om de kwaliteit van participatie te meten. Dit betekent ook dat het moeilijk is om de kwaliteit van de feedback van gebruikers te evalueren.
E-participatie hangt sterk af van het engagement dat het politieke niveau opneemt en van de visie die de organisatie heeft.
E-participatie kan verschillende vormen aannemen, maar het is niet eenvoudig om aan te geven welke vorm nu het best past in welke context. De organisatiestructuur en -cultuur zijn belangrijke elementen om keuzes te maken op vlak van e-participatie.
Op basis van de bevraging blijkt dat sociale media en netwerken onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Die verbondenheid brengt voor de besturen een bijkomende uitdaging mee: het correct gebruik van sociale media en netwerken moet voldoende bestudeerd worden met het oog op een efficiënt gebruik ervan.
De bovenstaande uitdagingen brengen met zich mee dat e-participatie een hulpmiddel kan zijn binnen het bestuur. De uitdagingen impliceren echter ook dat er binnen de besturen voldoende capaciteit moet vrijgemaakt worden om e-participatie als instrument te blijven ontwikkelen.
Online diensten ontwikkelen en verdeeldheden overbruggen
Mobiele technologieën en diensten winnen steeds meer aan belang, dat is ook zo in de publieke sector. Vanuit een e-government bril is de belangrijkste uitdaging hier om digitale verschillen tussen landen en personen te overwinnen.
Het aantal digitale transacties is de laatste jaren alleen maar toegenomen en er wordt voorspelt dat dit ook zal blijven toenemen. Dit neemt niet weg dat bepaalde transacties in de publieke sector nog niet altijd volledig gedigitaliseerd zijn.
Die toename van digitale transacties betekent ook dat de beschikbaarheid van informatie in de verschillende onderzochte domeinen is toegenomen. De publieke sector onderneemt voortdurend initiatieven om ervoor te zorgen dat data beschikbaar kunnen gesteld worden.
In het rapport merken de auteurs ook op dat er ook binnen de publieke sector inspanning worden gedaan om kwetsbare groepen ook te betrekken zodat digitale dienstverlening niet enkel voor de ‘happy few’ ontwikkeld wordt. Hoewel er al wat inspanningen gebeurd zijn, blijft het belangrijk om in te zetten op die kwetsbare groepen. Dat kan door voldoende samen te werken.
Wereldwijde e-government rankings
Het rapport geeft aan dat e-government als thema binnen de publieke sector aan belang wint. De statistieken tonen dat aan: het aantal landen met een indicatie ‘zeer hoog’ in de index van e-government is gestegen in 2016.
De toegang tot technologieën en data is ook gestegen, maar dit betekent niet dat diensten daar niet blijvend moeten op inzetten met het oog op een verbeterde dienstverlening.
U kunt het volledige rapport hier nalezen.
(Bron: United Nations)